Netsensei

Much Ado About Nothing

Een Maand Vakantie

Ik had een maand vakantie genomen. Tijdens de Gentse Feesten sluit de Universiteit haar deuren, en dus plakte ik er ineens nog drie weken achter. Tijd om eens echt op adem te komen.

We trokken in de eerste week naar onze vast stek in Toscane en de Italiaanse zon. Helaas hadden we een verstekeling mee: Corona had ons te pakken. Eerst Marjan, daarna ikzelf. Dat gaf een paar dagen stevig koorts, een pijnlijke keel en heel weinig energie. Desondanks hebben we er het beste van gemaakt en zo veel als mogelijk van de reis proberen genieten. Sowieso was het plan om met de voetjes omhoog en een boek in de hand te rusten en te laveren tussen strandstoel en zwembad. En da’s best goed gelukt.

De tweede week was dan vooral platte rust. Veel platte rust.

De derde week, dat was er een voldoende door komen om naar Rammstein in Oostende te gaan kijken. Geweldig concert. Magistrale show. Veel vuurwerk en een goede mix klassiekers en nieuwe songs. Deutsche Gründlichkeit en zo. Helemaal af.

De laatste week, dat was de geboorte van het eerste nichtje langs mijn kant van de familie. En haar broertje, mijn neefje / petekind, op logement.

Dan volgde mijn verjaardag en het einde van de vakantie. Helaas moesten we de feestelijkheden annuleren wegens dat ik andermaal koorts en ellendig werd. Tweemaal op vier weken dat verdiende een bezoek aan de dokter. Een bloedonderzoek later blijkt dat ik een serieus te kort heb aan vitamine D. Ondertussen ben ik terug genezen en heb ik voor de komende twee maanden een stevige vitaminekuur voor geschreven gekregen.

Een vakantie met wat ups en downs en vooral veel verplichte platte rust. Wat eigenlijk zo slecht nog niet was tussen de hitte en droogte. Uiteindelijk heb ik nauwelijks een computer aangeraakt. Of het was misschien om eens een spelletje te spelen. Nu ik terug aan de slag ben kan ik wel zeggen: ik merk dat. Het doet deugd om zo ontspannen het digitale leven terug te hervatten.

Geen fan van WordPress

Ik ben al even geen fan meer van WordPress. Ik loop al even lang rond met het idee om te migreren naar een alternatief, maar het is er tot nog toe niet van gekomen. Wilde ideeën en keuzes te over, dat is het probleem niet. Er moet ook voldoende tijd en goesting zijn om het allemaal te willen opzetten.

Ik migreer mijn e-mail

Google heeft helaas besloten om Google Suite af te sluiten, en alle gebruikers te verhuizen naar de betaalde Google Workspace. Ik gebruik Google Suite al sinds het nog Google Apps was, ergens 15 jaar geleden, voor e-mail addressen onder mijn eigen domain: netsensei.nl en colada.be.

Ik heb gelijk een account bij Migadu gemaakt. Voor 20 euro per jaar kan ik daar mijn low-use mailaddressen op kwijt. Dat zijn adressen die gekoppeld zijn aan allerlei online diensten. Gelukkig kan ik makkelijk de mailboxen verhuizen zonder dat ik die adressen verlies. Da’s het voordeel van je eigen domeinnaam te beheren, in plaats van een gmail.com adres te gebruiken.

Email bijhouden vind ik sowieso problematisch.

Carbonara volgens Babish

Lang geleden leerde ik van een Napolitaan hoe je pasta carbonara maakt. Dat recept heb ik lang gevolgd. Uiteraard bestaan er zoveel variaties op het thema als er Italianen zijn. En uiteraard zijn ze allemaal canoniek. Het was lang geleden dat ik nog eens carbonara had gemaakt, toen ik eerder deze week Andrew Rea van Binging with Babish aan de slag zag.

Long story short:

  • 500gr spaghetti n° 12 van De Cecco
  • 250gr spek of spekblokjes
  • 4 eitjes + 1 dooier
  • 200gr parmezaanse kaas (geraspt)
  • Zwarte peper

Kook de spaghetti al dente in een pot water die zo zout is als de zee. Doe de spek in een koude pan en bak ze in haar eigen vet tot ze knisperig is geworden, zet dan het vuur zeer laag of uit. Kluts de eieren en voeg ongeveer 150gr kaas plus royaal peper toe. Haal de spekblokjes van het vuur. Voeg de gekookte spaghetti toe aan de spekblokjes. Meng tenslotte goed het mengsel door de pasta.

Smakelijk!

Ik kocht een OnePlus Pro 9

Ik heb een nieuwe smartphone. Na vier jaar was mijn OnePlus 5T zo goed als afgeleefd. Het ding werkt nog, maar kreeg geen updates, de batterij begon zijn pluimen te laten en de hardware begon het moeilijk te krijgen met moderne apps. Aan het begin van het nieuwe jaar heb ik in solden een OnePlus 9 Pro op de kop getikt.

Het verdict na een kleine maand: geweldig toestel! Fantastisch scherm, scherpe camera, vlotte interactie,… Bovendien gebruik ik mijn smartphone om ’s avonds in de zetel te loungen met Netflix of YouTube. De beeldkwaliteit die een sprong vooruit maakt is een ware verademing.

Toppertje!

Dispatches

Eerste blogpost van 2022. Ik hoop dat ik dit jaar wat frequenter mijn gedacht publiceer op deze plek. Het laatste jaar heeft deze stek bijzonder weinig liefde gekregen. Goede voornemens dus.

Kijk, ik heb meteen drie korte stukjes gepend en ingepland. Dat moeten eigenlijk geen doorwrochte essays zijn.

Ik repareerde mijn Pentax Spotmatic

Lang geleden tikte ik op een rommelbeurs een Asahi Pentax Spotmatic in de originele, volledige kit op de kop: camera, twee lenzen, flits, originele leren draagtas, toebehoren,… De lichtmeter bleek toen al niet te werken. Ik toen nauwelijks moeite geinvesteerd om die te herstellen. Met de Sunny 16 regel heb ik enkele rolletjes film opgemaakt voor de Spotmatic uiteindelijk in een verhuisdoos terecht kwam.

In 2013 kocht ik via EBay een tweede Spotmatic body in de hoop dat daar de lichtmeter wel van zou werken. De oude batterij was helaas uitgelopen waardoor het batterijcompartiment volledig was toe gekoekt. En daar hield het voor mij toen ook gewoon op.

Fast forward naar vandaag.

Sinds twee jaar staat er een Spotmatic als ornament op een plank boven mijn bureau. Sinds een tijdje volg ik /r/analog en krijg ik zo fantastiche resultaten op film voorgeschoteld. Dat en de bevlogen video over analoge film van Smarter Every Day gaven mij zin om de Spotmatic nog eens van nabij te bekijken.

De onderplaat, waartoe het batterijcompartiment behoort, kan je makkelijk losschroeven van de camerabehuizing. Dus dat deed ik voor beide camera’s. Uiteindelijk bleek ik een goede, functionele onderplaat te hebben. De andere, met het vastgekoekte compartiment, is helaas onbruikbaar en is dus af te schrijven.

Van de goede onderplaat bleek het contact in de behuizing en het contact in het afdekplaatje licht gecorrodeerd te zijn. Die kon ik makkelijk schoonmaken. De Spotmatic dateert van 1964 en het is dus niet verwonderlijk dat het metaal, los van lekkende batterijen, hier en daar corrodeert. Op dit punt hoopte ik dat de primitieve elektronica van een van de twee camera’s toch gespaard zou zijn gebleven.

Ik heb enkele batterijen moeten proberen voor ik de goede te pakken had: de Rayovac 312 / PR 41 / 1.45 Volt. Dat is eigenlijk een batterij voor een gehoorapparaat, maar ze is perfect voor de Spotmatic. Hogere voltages werken niet. Alhoewel, binnen de camerabehuizing is er een poentiometer die je toelaat om de bijpassende weerstand manueel in te stellen. En verder moet je ook opletten op de afmetingen van de batterij: ik had eerst 1.45V batterijtjes besteld die te groot bleken.

Om zeker te zijn dat de goede onderplaat daadwerkelijk stroom zou leveren heb ik met mijn multimeter de contactpunten aan de buitenzijde van het batterijcompartiment uitgemeten.

Daarna monteerde ik de plaat op beide camera’s. Op een van de twee toestellen gaf de lichtmeter een duidelijk teken van leven. Da’s geluk hebben want de volgende stap was de behuizing volledig demonteren om het binnenwerk te inspecteren. Geen zo’n eenvoudig werkje, en ik ga mij ook niet meteen aan een dergelijk project wagen. Het blijft een oud toestel uiteindelijk.

Sinds 2008 zijn er heel wat alternatieven. Tegenwoordig kan ik makkelijk een lichtmeter app op mijn smartphone installeren. Of ik kan een piepkleine KEKS EM-01 fysieke lichtmeter kopen en op de flitsschoen monteren. Ook de kapotte onderplaat is vervangbaar. Ik zou van de goede plaat een 3D scan kunnen laten maken om dan via CNC een exacte kopie te laten fabriceren.

Voorlopig houd ik het er op enkele rolletjes film en een leuke camerastrap te bestellen. Dan is het even de wereld intrekken en gewoon op goed geluk foto’s maken.

Udon noodles à go-go

Vanavond improviseerde ik in de keuken. Op algemeen verzoek maakte ik een makkelijke wokschotel met udon noodles. Reken ongeveer 20 á 30 minuten werk. Dit is het recept.

Ingrediënten voor 3 personen

  • 100ml ketjap manis
  • 150ml water
  • 3 teentjes knoflook
  • 2 à 3 theelepels maizena
  • 2 eetlepels hengshun azijn (rode wijnazijn kan ook)
  • 2 eetlepels sesamolie
  • 1 brocolli
  • 1 grote zak wokgroenten
  • 400gr udon noedels (Suzi Wan)
  • 1 citroen
  • Arachide olie

Stap 1: Snij de brocolli in fijne roosjes en plet / versnipper de knoflook. Doe wat arachide-olie in de wok en wok de brocolli gedurende 5 minuten. Verhit ondertussen de sesamolie in een aparte pan en bak de knoflook gaar op middelmatig vuur.

Stap 2: Zet apart een pot water op een hoog vuur voor de noodles. Voeg de 150ml water en de ketjap manis toe aan het pannetje met gebakken knoflook. Draai het vuur laag. Voeg de maizena al roerend toe. Blijf roeren tot de saus begint in te dikken. Haal het pannetje van het vuur en hou afgedekt apart.

Stap 3: Voeg nu de wokgroentjes aan de wok toe, met een scheutje extra arachide olie. Wok de brocolli en de wokgroentjes verder gedurende enkele minuten tot de groenten beetgaar zijn. Roer regelmatig om. Kook de noodles ondertussen los in de aparte pot water en giet af na 2 tot 3 minuten.

Stap 4: Voeg eerst de noodles toe aan de wokpan en daarna de ingedikte saus. Meng het geheel goed door elkaar. Pers de helft van de citroen naar smaak uit over de wok.

Stap 5: Neem diepe borden en verdeel de noodles met de groentjes. Snij de andere helft van de citroen in partjes en serveer apart.

Smakelijk! De ketjap manis heeft dit gerecht een volle, zachte smaak. De citroen brengt zorgt voor frisheid. Nog enkele tips:

  • In plaats van knoflook kan je gember gebruiken. Citroen kan je vervangen door limoen.
  • Liefhebber van pikant? Versnipper een halve rode peper en wok deze voor je de brocolli en wokgroentjes doet.
  • Dit is een vegetarisch gerecht. Liefhebber van vlees? Je kan stukjes rundsvlees met een derde tot de helft van de saus wokken in plaats van brocolli.
  • Afwerken kan met sesamzaadjes of cashew nootjes of fijn gehakte korianderblaadjes.

Over de maatschappelijke rol van social media

Wat. Een. Week. De bestorming van het Capitool op woensdag was onuitgegeven. Even onuitgegeven was het feit dat de hele wereld ze live kon volgen via digitale technologie. Dit is zo’n gebeurtenis die we historisch noemen omdat we nu al geloven dat ze een gigantische impact zal hebben op het publieke debat en hoe de amerikaanse samenleving zichzelf zal definieren in de toekomst.

Dat laatste merken we al in hoe sociale media en technologie platformen in de voorbije dagen actie hebben ondernomen:

Evident is het nemen van die acties niet. Deze bedrijven stellen zichzelf zo open voor conservatieve kritiek: dat ze daarmee zich zondigen aan openlijke censuur en de vrije meningsuiting aanvallen. En dat zorgt voor een fundamenteel debat dat ook voor Europa bijzonder relevant is, en dus onze aandacht verdient.

In Amerika schenkt Section 230 van de Communications Decency Act uit 1996 immunitieit aan iedereen die content online host:

No provider or user of an interactive computer service shall be treated as the publisher or speaker of any information provided by another information content provider.

Die bepaling is enorm belangrijk want meer concreet voorziet ze ook dit:

The statute in Section 230(c)(2) further provides “Good Samaritan” protection from civil liability for operators of interactive computer services in the removal or moderation of third-party material they deem obscene or offensive, even of constitutionally protected speech, as long as it is done in good faith.

Dat betekent dus dat iedereen die een forum, gastenboek, commentaarbox, mailinglist,… uitbaat, beschermd is tegen rechtszaken wanneer die actief een online discussie modereert.

Alleen hebben sociale media het in de afgelopen jaren nagelaten om zelfstandig actief te modereren. Of om voldoende voorziening te ontwerpen en te bouwen in hun systemen die millioenen gebruikers toelaten om zichzelf op onafhankelijke en vrije wijze online te organiseren en discussies te beheren. Dat vormde onderdeel van een bewuste strategie: de focus van deze bedrijven ligt immers op het capteren van gegevens van grote groepen van individuen met het oog op marketing en advertenties. In die context werd het beheren van gigantische gemeenschappen, of het bouwen van voorzieningen die dat mogelijk maken, beschouwd als een pure kostenpost ondergeschikt aan het business model, en niet als een sociale, burgerlijke of morele verantwoordelijkheid.

En dat heeft bijzonder grote gevolgen. Section 230 staat nu centraal in een verhit en bijzonder complex politiek debat. Zowel progressieven als conservatieven Section 230 aanpassen of zelfs afschaffen. Maar dan wel om totaal verschillende redenen. Progressieven willen sociale media ter verantwoording kunnen roepen voor hun gebrek aan actie tegen hate speech, online misbruik en online discriminatie. Conservatieven – inclusief Trump – willen dan weer sociale media kunen vervolgen omwille van vermeende of al dan niet bewezen censuur tegenover conservatieve stemmen.

Ondertussen heeft ook het Departement of Justice in 2020 een grote anti-trust zaak tegen deze bedrijven aanhanging gemaakt. In dat kader formuleerde ze vier grote aanbevelingen rond het hervormen van Section 230.

Voor ons in Europa lijkt dat allemaal “ver van ons bed”. Niets is minder waar. De wijze waarop het Europese publieke debat online wordt gevoerd en beheerd, krijgt wel degelijke vorm vanuit een Amerikaanse cultureel, moreel en wettelijk kader. Het Europese publieke debat vindt immers plaats in een digitale ruimte – de software – die ontworpen werd door Amerikaanse bedrijven binnen een kader van Amerikaanse waarden en normen. In die zin is dus ook hier het debat om hervormingen, gedreven door de Europese commissie, enorm belangrijk. Het ter verantwoording roepen van Big Tech heeft immers niet alleen betrekking op Mark Zuckerberg of Jack Dorsey, maar op vrijwel iedereen die een online discussie host, ongeacht de grootte of de vorm.

Wanneer je de acties van de grote platformen van de laatste dagen houdt tegen het complexe debat over hun maatschappelijke rol en impact van de laatste 10 jaar, dan komt het toch allemaal wel heel erg over als too little, too late.

In het meest optimistische geval gaat Big Tech eindelijke pro-actief over tot vergaande hervormingen om het maatschappelijke belang te kunnen beschermen. Ofwel, blijft het hierbij en hopen ze dat alles terug business as usual zal zijn in enkele maanden tijd. In dat geval zal het verbannen van Trump niet veel meer zijn dan virtue signaling.

Hoe maak ik brood met instant gist of bakkersgist?

Ik maak sinds een half jaar brood met zuurdesem. Het resultaat is een brood rijk aan smaak. Maar het kost flink wat tijd en inspanning om brood op basis van zuurdesem te maken. Het maken van een starter alleen kost al snel een grote week. Een zuurdesem brood kost je nog eens een dag. Gelukkig kan het veel sneller en eenvoudiger door instant gist of bakkersgist te gebruiken. Met het recept hieronder heb je een smakelijk en heerlijk resultaat in 6 tot 7 uur tijd.

Een luchtig brood met instant gist
Een luchtig brood met instant gist

Wat heb je nodig?

Dit lijkt een lange lijst, maar eigenlijk hoort het meeste tot de basisuitrusting in je keuken.

Help! Ik heb geen Dutch Oven! Ik leg op het einde van deze post kort uit hoe je dat kan oplossen.

Ingredienten

  • 500 gram tarwebloem (Ik gebruik Soubry wit broodmeel van de Colruyt)
  • 325 gram water
  • 8 gram zout
  • 8 gram instant gist (Ik gebruik Bruggeman van de Colruyt)

Let op! Alles staat aangegeven in gram. Dat is geen fout! Je hebt 325 gram water nodig, geen 325 milliliter water!

Stap 1: Autolyse

  • Meet 500 gram bloem af
  • Meet 250 gram water af (Gebruik weegschaal!)
  • Meet 8 gram zout af

Gebruik geen ijskoud water. Je hebt wat warmte in je deeg nodig tijdens het rijzen. Meet water af dat lauw is. Gebruik je kookthermometer en mik op water dat ongeveer 26 graden is.

Meng alles in de deegkom. Gebruik hiervoor je handen. Je wil dat alle droge bloem zo goed mogelijk verwerkt geraakt met het water. Met een stevige houten lepel kan het ook, maar met je handen voel je het beste hoe ver het mengen staat. Probeer geen bol deeg te maken. Je mikt op een soort “shaggy” massa loshangend deeg. Het is oké dat het deeg wat uit elkaar valt in deze fase.

Laat het deeg nu 20 minuten rusten.

De bedoeling is dat het water, het bloem en het zout elkaar goed opnemen. Dat is een proces dat een beetje tijd vraagt. Het maakt de volgende stap een stuk eenvoudiger.

Merk op dat ik niet de volle 325 gram water gebruik in deze stap

Stap 2: Gist prepareren en toevoegen

  • Meet 75 gram water af in je aparte maatbeker (Gebruik weegschaal!)
  • Meet 8 gram instant gist af

Hier heb je water nodig dat ongeveer 37 graden warm is. Meng de gist goed door het water tot je een lichtbruin goedje hebt. Doe nu het mengsel bij het deeg in je kom.

Merk op dat we het zout en de gist niet samen in het deeg mengen. Zout is schadelijk voor gist in natte vorm. In de juiste hoeveelheid vertraagt ze de werking van de gist in het deeg, en dat is net wat we willen: als de gist aan een traag tempo in werkt op het bloem krijg je een smakelijk brood. Alleen willen we vermijden dat zout in hoge concentraties in direct contact komt met de natte gist. Daarom mengen we het zout apart in het deeg.

Zodra we gist toevoegen aan het deeg, begint het proces van rijzen en fermenteren.

Stap 3: Deeg kneden

Je moet nu de gist in het deeg mengen. Ook hier gebruik je je handen. Het wordt sowieso een kleverige bedoening, dus wees niet bang om je handen even vuil te maken. De pannenlikker helpt je hier.

Zodra je alles samen brengt lijkt het eerst alsof alles mislukt. Je deeg wordt loperig, en valt uit elkaar in natte onsmakelijke brokken. Dat is helemaal normaal. We gaan nu een goede 10 minuten kneden. Het maakt niet echt uit hoe je het doet zolang je de massa in je kom maar goed samen duwt, kneed met je handpalm, op en over elkaar plooit en heen en weer draait.

Na een tijdje krijgt het deeg stevigheid. Het wordt een soort samenhangende, kleverig bol deeg. Door het deeg te manipuleren bouw je gluten op: de proteinen in de bloem vallen door de beweging neer als kraaltjes in strengen die je deeg stevig maken. Dat is waar je naar op zoek bent.

Het deeg hoeft geen perfecte bol te zijn, maar wel een samenhangende, goed gemengde massa waar geen losse brokken bloem in zitten.

Steek de deegkom in de plastic zak draai ze goed toe. Zo droogt het deeg niet uit terwijl het rijst.

Stap 4: Eerste maal rijzen en stretch and fold

Zodra je de gist in je deeg mengt, begint die te werken. Brood is een product van fermentatie. De gist “eet” de glucose in het bloem en zet die om in koolstofdioxide en allerlei andere producten. Dat proces maakt het deeg luchtig en smaakvol.

Deze fase duurt 3 uur. Het deeg zal ongeveer verdubbelen in omvang, afhankelijk van de temperatuur in je keuken. Ideaal is de omgevingstemperatuur ongeveer 22 graden. Gist houdt van warmte, en onder 20 graden wordt het echt wel moeilijk om brood te maken.

Na 30 minuten haal je de kom uit de zak en geef je het deeg een serie van “stretch and folds”. Je maakt je hand lichtjes nat. Je pakt een uiteinde van het deeg, trekt het voorzichtig uit (niet scheuren!) en je plooit het voorzichtig op zichzelf. Je draait de kom 90 graden en je voert dezelfde handeling opnieuw uit: voorzichtig uittrekken en toe vouwen.

Dat doe je enkele keren of tot je merkt dat het moeilijker wordt om het deeg uit te rekken. De bedoeling is om verder stevigheid in het deeg te bouwen terwijl de gist zijn werk doet.

Je voert dezelfde handeling – stretch and fold – nog eens uit na nog eens 30 minuten. Daarna laat je het deeg in de kom, verpakt in de plastic zak, nog eens 2 uur rusten.

Stap 5: Shaping of vormgeven

Controleer na 3 uur je deeg. Het deeg zal ongeveer verdubbeld zijn in omvang. Als je deeg slechts 75% gegroeid is, is dat even goed oké. Het deeg zal ook luchtig aanvoelen. Misschien zie je zelfs een paar luchtbellen verschijnen. Allemaal goede tekens dat de gist hard aan het werk is. Dit is het moment om het deeg vorm te geven.

  • Neem je rijsmandje of je glazen kom.
  • Leg er een handdoek in.
  • Strooi wat bloem in het rijsmandje of kom (gebruik een zeefje).
  • Zet apart.

Strooi nu wat bloem uit op je werkbank. Gebruik je deegschraper om het deeg voorzichtig uit de kom te kippen in de bloem op je werkbank. Zorg ervoor dat het deeg niet scheurt. Het deeg zal wat plakkerig zijn, dus pas op als je het vast pakt. Gebruik “lichte” vingers.

We willen het deeg nu in een “boule” vormen. Bekijk dit filmpje van Grant Bakes om te zien hoe Grant dat doet. In het kort:

  • Je duwt met de deegschraper wat van de uitgestrooide bloem onder de rand van het deeg
  • Je neemt een rand van het deeg vast (de bloem zorgt dat de rand niet erg plakt) en je plooit naar binnen. Opgelet! Het midden van het deeg blijft sticky! De bedoeling is dat de rand blijft kleven in het midden.
  • Je draait het deeg een beetje en je plooit de rand verder naar binnen. Je doet dit enkel malen tot de rand volledig maar het midden hebt geplooid.
  • Je duwt wat bloem onder het deeg met de schraper. Je neemt het bolletje deeg voorzichtig in je hand en je draait het deeg om, met de naad naar onder.
  • Je neemt het deeg tussen je twee handen en je sleept het deeg al draaiend verder over de werkbank. Het idee is dat de ‘koepel’ van het deeg mooi strak wordt. Zorg ervoor dat de koepel niet scheurt want dit wordt de bovenkant van je brood!

Neem vervolgens je mandje erbij en leg het brood er omgekeerd in: dus met de strakke “koepel” naar onder en de naad naar boven. De naad zal waarschijnlijk niet helemaal mooi toe zijn. Maak je vingers een beetje vochtig en nijp de naad voorzichtig toe.

Brood vorm geven vraagt wat oefening. Na een paar keer leer je hoe het deeg voelt en hoe het reageert. Dan wordt het makkelijker.

Wat je ook doet: begin vooral niet te kneden en ga je deeg ook niet met een deegrol te lijf! Zo duw je alle structuur die je zo mooi hebt opgebouwd uit het deeg, en krijg je een platbrood.

Stap 6: Tweede rijs

Leg een handdoek over je mandje / kom en laat het deeg nu nog eens ongeveer 2.5 uur (150 minuten) rusten. In deze fase laten we de gist het werk afmaken. Je deeg zal nog eens opzwellen tot een mooie ballon. Wanneer is je deeg klaar? Doe de poke test. Duw eens in je deeg, en als je een putje krijgt dat half ingeduwd blijft, ben je klaar om te bakken.

Stap 7: Scoring en bakken

Steek je dutch oven in de oven en verwarm voor met onder- en bovenwarmte op 245 graden. Je kan dit doen vanaf dat je deeg 2 uur heeft gerezen. Zo win je een half uur.

  • Haal de handdoek van je mandje.
  • Leg een vel bakpapier over je mandje.
  • Leg het bord omgekeerd over je mandje.
  • Draai voorzichtig het mandje om zodat het deeg mooi op het bakpapier komt te liggen.

Haal nu voorzichtig de dutch oven uit de oven en zet op een rekje. Pas op voor je vingers en handen! Dit is echt wel heet! Gebruik stevige ovenhandschoenen!

Neem nu je mes en maak in een hoek van 45 graden een snede van zo’n 2 cm diep doorheen het deeg. Dit heeft scoring. Je kan met je mes nog een extra patroontje tekenen in je deeg als je dat wil.

  • Haal het deksel van je dutch oven.
  • Neem de punten van je bakpapier vast en plaats je deeg voorzichtig in je pan.
  • Doe het deksel op je dutch oven.
  • Plaats de dutch oven in je oven.

Je bakt je brood nu in de oven gedurende 20 minuten op 245 graden.

Na 20 minuten doe je de oven open:

  • Je haalt voorzichtig het deksel van de dutch oven.
  • Je laat de pan met het brood wel in de oven staan.
  • Je verlaagt de temperatuur naar 220 graden.

Als alles goed is gelukt, dan zal je merken dat het brood is omhoog gekomen. De dutch oven werkt als een stoomkoker. De gist heeft gedurende al die uren gasbellen in het deeg achter gelaten, het vocht in het deeg heeft die als stoom doen uitzetten waardoor je brood mooi is “opgeblazen”.

Je zal ook merken dat waar je het deeg hebt ingesneden, het brood mooi zichzelf zal geopend hebben. Dat komt door de wijze waarop je het brood in stap 5 hebt vorm gegeven. Je hebt het deeg onder spanning gezet en in de oven lost die spanning tijdens het bakken.

Nu laat je het brood verder bakken op 220 graden gedurende nog eens 20 minuten.

Je brood zal in die 20 minuten zijn mooie goudbruine korst krijgen.

Stap 8: Afkoelen en aansnijden.

Proficiat! Je hebt nu een mooi brood gebakken!

Haal het brood uit de oven. Laat het nu zeker nog een uur tot twee uur afkoelen. Snijd het nog niet meteen aan! Daarvoor is het veel te warm.

Eenmaal afgkoeld, neem je een goed broodmes en snijd je het brood middendoor. Dit brood is lekker met confituur of zoute boter.

Help! Ik heb geen Dutch Oven!

Een Dutch Oven vangt tijdens het bakken de stoom die uit je brood komt, en dat zorgt ervoor dat je brood mooi omhoog komt. Brood bak je dus niet alleen in een hete, maar ook in een vochtige omgeving.

Je kan de Dutch Oven als volgt vervangen:

  • Leg het brood op een bakpapier op een ovenplaat.
  • Plaats de ovenplaat in het midden van de oven.
  • Doe een stevig bodem water in een ovenschaal.
  • Zet de ovenschaal onder de ovenplaat.

Idealiter leg je je deeg op een pizzasteen of gebruik je een bakvorm. Zo vermijd je dat de onderkant van je brood aanbrandt.

Veel succes!

« Vorige blogposts Pagina 2 van 243 pagina's Volgende blogposts »